Jo Dezutter en Kathleen Delva ontmoetten elkaar in 1989. Na zijn afstuderen aan de hotelschool Ter Groene Poorte in Brugge in 1991, opende Jo in 1994 samen met zijn vrouw Kathleen restaurant Den Heerd in Damme.
 

Toen in 2002 het aangrenzende pand op de markt kwam, zagen ze de perfecte kans om hun onderneming uit te breiden met een hotel. Echter, de plannen die ze indienden werden afgekeurd. Toch bleven Jo en Kathleen hun droom om een hotel te runnen nastreven en gingen op zoek naar een geschikte locatie. Na enkele maanden kwamen ze ‘Hotel Montanus’ tegen in het centrum van Brugge, en het was liefde op het eerste gezicht.

De overgang naar Hotel Montanus begon in maart 2008 toen de papieren werden ondertekend en een nieuw avontuur begon.

Jo bleef in Damme om het restaurant te runnen, terwijl Kathleen het hotel in Brugge bestuurde. Maar het voortdurende heen en weer reizen tussen Damme en Brugge, gecombineerd met parkeerproblemen, maakte het zowel voor hen als voor hun klanten moeilijk. Daarom besloten ze in 2012 met een zwaar hart Damme te verlaten en het restaurant naast het hotel in Brugge te verplaatsen.

Ze behielden de naam ‘Montanus’ en ‘Den Heerd’, en de samenvoeging van beide bedrijven bleek een geweldige zet. Hun trouwe klantenkring uit Damme volgde hen naar Brugge en het restaurant bleek een toegevoegde waarde voor de hotelgasten, die nu gemakkelijk op de private parking van het hotel hun auto kunnen parkeren.

De naam Montanus is afgeleid van de Brugse arts Thomas Van den Berghe, of ‘Montanus’ in het Latijn. Geboren te Diksmuide (7 juni 1617 - Brugge 8 april 1685) Thomas Van den Berghe was een geneesheer in Brugge en publiceerde een boek over de kenmerken van de pest toen die epidemie rondwaarde in de late 17de eeuw. Montanus genoot groot gezag in de medische wereld van zijn tijd. Hij was voorzitter van de examencommissie en stichtte in 1665 de medische beroepvereniging met de naam 'Confraternitas S. Lucae medici'. Hij was ook actief als geneesheer-expert.

We blijven met de geschiedenis van het gebouw zelf ook in de medische wereld. In de 16de eeuw woonde hier de chirurgijn Jan Pelsers tussen 1566 en 1575. Stad Brugge had hem aangesteld als bestrijder tegen de pest, een zogenaamde "roodemeester". Herkenbaar destijds door zijn rode kledij en zijn snavelvormige masker, bekostigd door de stad en gevolgd door zijn helpers die zelf speciale kledij droegen met een rode pestestok in de hand. Jan Pelsers overleefde 3 pestepidemieën en publiceerde in 1569 zijn boek "Van de Peste: Een Generale Methodus om te cureren die contagieuse Ziekte der pestilentiaele cortse." Na zijn overlijden, verkocht zijn vrouw het gebouw.

Het statige hoofdgebouw werd daarna bewoond door de adellijke familie de Schieter-de Lophem en is gebouwd in een 19e-eeuwse empire stijl. In 1913 werd het pand opgesplitst in huisnummer 76, Hotel Christophe, en nummer 78, de privéwoning van de overleden burgemeester Frank Van Acker (1929 -1992). In 1998 werden de scheidingsmuren gesloopt en werd het gebouw teruggebracht naar zijn oorspronkelijke vorm.